HEB UW VIJAND LIEF

Schrijver
Jack Didden
Locatie
Gerda Hoeve, Dreefje 1, Schijf ( Gemeente Rucphen )
Thema
Verzet

Ook in West-Brabant ontwikkelde tijdens de bezetting het verzet zich op veel plaatsen. Toen in 1943 de Landelijke Organisatie voor Onderduikers (LO) zich ging organiseren werd Rucphen onderdeel van het district Roosendaal. Een van de plaatsen waar onderduikers terecht konden, was de ‘Gerda Hoeve’, gemeente Rucphen, maar parochieel onder Nispen. Daar vond net voor de bevrijding een onverwachte ontmoeting plaats.

‘Heb uw vijand lief’

Ook in West-Brabant ontwikkelde tijdens de bezetting het verzet zich op veel plaatsen. Toen in 1943 de Landelijke Organisatie voor Onderduikers (LO) zich ging organiseren werd Rucphen onderdeel van het district Roosendaal. Een van de plaatsen waar onderduikers terecht konden, was de ‘Gerda Hoeve’, gemeente Rucphen, maar parochieel onder Nispen. Daar vond net voor de bevrijding een onverwachte ontmoeting plaats.

Onderduik en pilotenlijn

Melkveehouder Tinus Veraart raakt na de Duitse inval geleidelijk aan betrokken bij het opvangen van onderduikers. Ondanks de grote risico’s helpen zijn twee volwassen zoons mee. De oudste, Marijn, werkt tijdelijk op het gemeentehuis, omdat zijn studie economie in Tilburg wegens de oorlog stil ligt. Hij helpt bij het regelen van bonnen en kaarten. De tweede, Jef, verricht hand- en spandiensten. Hij helpt bij het ophalen en wegbrengen van onderduikers op de ‘Gerda Hoeve’. In 1927 laat Veraart deze boerderij bouwen aan het Dreefje in Schijf (Gemeente Rucphen). Het is een markant gebouw in de Amsterdamse School-stijl. Het is ook de boerderij die het dichtst bij België ligt. De landsgrens loopt slechts een paar honderd meter achter de boerderij. Mede daardoor raakt Veraart tijdens de bezetting ook betrokken bij het doorsluizen van geallieerde vliegtuigbemanningen via een van de pilotenlijnen die in Nederland actief zijn. Dit gedeelte van de lijn is opgezet door de Roosendaler Janus Jongmans. Eenmaal over de grens draagt Jef Veraart de ‘vliegers’ over aan het Belgische verzet, de zogenoemde Witte Brigade, in Essen. Dan wordt het maandag 4 september 1944. Antwerpen is bevrijd en Duitse troepen zijn op de vlucht vanuit het zuiden. De bevrijding lijkt een kwestie van dagen.  De volgende dag staan er ineens drie Duitse militairen in het uniform van de Luftwaffe voor de deur. Is de zaak verraden?

Een verrassende ontmoeting

Schrik slaat om in opluchting, maar ook twijfel. De drie blijken te willen deserteren. Nu moet Tinus Veraart ineens de vijand laten onderduiken, diezelfde vijand waar hij al die jaren voor moest vrezen. Maar het ligt ingewikkelder, want de drie zijn ‘Volksduitsers’. Duitsland heeft niet alleen landen bezet, maar ook  grote  gebieden geannexeerd, vooral in Tsjecho-Slowakije en Polen. Iedereen die daar woonachtig is wordt beschouwd als ‘Volksduitser’, een tweederangs Duitser, maar wel een die moet dienen in de Wehrmacht. Veel van deze jongemannen worden door de Duitsers gewantrouwd en schoppen het meestal niet verder dan gewoon soldaat. Des te opmerkelijker dat een van de drie, Joachim Tometzki, een Pool, het heeft gebracht tot sergeant. Vanuit dezelfde naastenliefde die hem het verzet in dreef, besluit Veraart de drie onderdak te verlenen, opnieuw met gevaar voor eigen leven. En voor hoe lang?

Wat nu?

Helaas voor Veraart en zijn familie laat de bevrijding lang op zich wachten. Ze besluiten het drietal te verstoppen onder in een graansilo. Zo is de kans op ontdekking het kleinst. Als het donker wordt werken ze soms op het land. Jef Veraart (24) en Joachim (26) die bijna even oud zijn, wisselen ervaringen uit. Joachim vertelt Jef zijn tragische verhaal. Over zijn gedwongen dienst voor de voormalige vijand en zijn heimwee. Twee lange maanden blijven de deserteurs ondergedoken op de ‘Gerda Hoeve’. Vanaf 21 oktober komt het front snel dichterbij. Toch duurt het nog tot 26 oktober eer Nispen en omgeving worden bevrijd door de Britten. De drie worden overgedragen aan de bevrijders en verdwijnen in krijgsgevangenschap. Toch is dit niet het einde van het contact.

Ontheemd

Enkele jaren na de oorlog bezocht Joachim de mensen die zijn leven hadden gered. Vader Tinus Veraart was toen net overleden, maar de banden met Jef werden weer aangehaald. De Pool vertelde dat er voor hem nooit een bevrijding zou komen. Omdat hij had gediend bij de vijand mocht hij niet meer terug naar zijn vaderland. Zijn ouders en andere familieleden zou hij dan ook nooit meer terugzien. Deze scheiding viel hem erg zwaar. Uiteindelijk keerde hij terug naar België en trouwde met een meisje uit Essen. Hij overleed in 1969.  Ook leden van de familie Veraart waren bij de begrafenis om afscheid te nemen van iemand die ooit de vijand was.

FOTO – de Gerda Hoeve

SAMENWERKENDE PARTNERS

LOVE YOUR ENEMY

Author
Jack Didden
Location
Gerda Hoeve, Dreefje 1, Schijf (District of Rucphen)
Theme
Resistance

Ook in West-Brabant ontwikkelde tijdens de bezetting het verzet zich op veel plaatsen. Toen in 1943 de Landelijke Organisatie voor Onderduikers (LO) zich ging organiseren werd Rucphen onderdeel van het district Roosendaal. Een van de plaatsen waar onderduikers terecht konden, was de ‘Gerda Hoeve’, gemeente Rucphen, maar parochieel onder Nispen. Daar vond net voor de bevrijding een onverwachte ontmoeting plaats.

Fugitives and pilot lines

Dairy farmer Tinus Veraart became more involved with taking people into hiding after the Germans had invaded. His two grown-up sons helped him, despite the risks.  The oldest son, Martijn, had a temporary job at the town hall as the war had put a stop to him studying Economics in Tilburg. He helped by arranging coupons and maps . The second son, Jef, helped with practical jobs such as collecting fugitives and taking them to the ‘Gerda Hoeve’,the farmhouse which Veraart had built in 1927 in the Dreefje in the village of Schijf (District of Rucphen). It was an impressive building in the Amsterdam School style of architecture. It was also the closest farmhouse to Belgium, with the border being only a few hundred metres behind the farmhouse. Because of this, Veraart was also involved with supplying Allied aircraft crews though one of the pilot lines that were in use in the Netherlands during the occupation. This section of the pilot line had been set up by Janus Jongmans from Roosendaal. Once they had crossed the border, Jef Veraart handed over these airmen to the Belgian resistance, the so-called White Brigade in Essen. It was Monday 4 September 1944, Antwerp had been liberated and German troops were fleeing from the south. Liberation seemed just a matter of days away, but the following day three German soldiers in Luftwaffe uniform suddenly  appeared at the front door. Had they been betrayed?

 

A surprising envounter

Terror turned to relief, but also to uncertainty. It seemed the three were deserters, so Tinus Veraart now had to take the enemy into hiding; the same enemy that he had feared for all those years. But it was more complicated than that, because these three were ‘Volksdeutsche’  (Ethnic Germans). Germany had not only invaded countries, but had annexed large regions, mostly in former Czechoslovakia and Poland. Anyone living there was classified as a ‘Volksdeutsche’, a second-class German citizen, but still one who had to serve in the Wehrmacht. Many of these young men were distrusted by the Germans and most of them didn’t make it beyond the rank of ordinary soldier. What made this remarkable was that one of the three, the Polish Joachim Tometzki had been promoted to sergeant. The same sense of humanity that Veraart had devoted to the resistance now convinced him to offer the three cover, once again at the risk of his own life. And for how long?

 

What then?

Unfortunately Veraart and his family had to wait a long time for liberation. They decided to hide the three in a grain silo, where they would have the least chance of being discovered.  After dark, some of them worked on the land. Jef Veraart (24) and Joachim (26) who were about the same age, exchanged stories. Joachim told Jef his tragic story about enforced military service for the former enemy and of his homesickness. The deserters  remained in hiding on the ‘Gerda Hoeve’ for two long months. The front came closer from 21 October, but it still took until 26 October before Nispen and the surrounding area were liberated by the British. The three were handed over to the liberators and disappeared in captivity. But that’s not the end of the story.

 

Displaced

Several years after the war Joachim visited the people who had saved his life. Father Tinus Veraart had recently died but the bond with Jef strengthened. The Pole told him that there would never be freedom for him. He had served with the enemy and that meant he could never return to his fatherland, and he would never again see his parents and other family members. This separation was a great burden on him and in the end he returned to Belgium and married a girl from Essen. He died in 1969. Members of the Veraart family also attended the funeral to say goodbye to the person who had once been their enemy.

PARTNERS