OP DE TREIN NAAR EEN BETER LEVEN

Locatie
Station van Oss / Markt 25, Den Bosch

Schrijver
Liesbeth Sparks

Thema
Bezetting

Nederlanders die vochten in het Duitse leger: naar schatting waren dat er tijdens de Tweede Wereldoorlog in totaal 22.000. Deze Nederlandse mannen meldden zich vrijwillig voor de Duitse Waffen-SS. De Waffen-SS vocht onder meer aan het Oostfront: ongeveer 6.000 Nederlanders overleefden dat niet.

Hendrik Hoeks, 22 jaar, woont in het dorpje Berghem. Hij is de oudste van negen kinderen. Zijn vader is arbeider. Het gezin woont aan de Kattenhoek, in het buurtschap Duurenseind. Hendrik staat bekend als een doorzetter, als iemand die vooruit wil in de wereld. Zo is hij samen met een vriend naar Luxemburg gereisd, om daar hard te werken op een boerderij. Maar in 1942 is het Hendrik niet meer zo helder hoe vooruit te komen. Het meisje op wie hij verliefd is, staat op het punt met een ander te trouwen. Werk is moeilijk te vinden. Wat moet hij doen met zijn leven?

 

Net pak

In het voorjaar van 1942 werft de Waffen-SS in heel Nederland nieuwe rekruten. Wie vecht aan het Oostfront, zo gaat het verhaal, maakt na de oorlog kans op een boerderij met een stuk grond. Hendrik neemt het in zich op. Duitsland heeft veel bereikt de afgelopen jaren. Wie weet biedt het Duitse leger inderdaad een kans op een beter leven. Op woensdag 22 april 1942, een zonnige dag, trekt Hendrik zijn netste pak aan. Het valt z’n moeder op: ‘Waar ga jij heen dat je je zo netjes aankleedt?’ Maar Hendrik vertelt het zijn moeder niet. Met zijn vriend stapt hij op de trein naar Den Bosch. Hendrik en zijn maat melden zich bij Hotel Brabant, aan de Markt 25. Daar worden de twee van top tot teen gekeurd. En ze worden geschikt bevonden. Aan het einde van de keuring zet Hendrik zijn handtekening. Hij tekent voor dienst bij de Waffen-SS. Hij zal gaan vechten aan het Oostfront. En dan is er geen weg terug. Eenmaal thuis in Berghem vertelt hij het zijn ouders. Die zijn laaiend. Hoe heeft hun zoon dit kunnen doen? Ook zijn jongere broer Leo is woest om Hendriks keuze.

 

Ruzie

Maar eens getekend, blijft getekend. Na een heftige ruzie stapt Hendrik een paar weken later op de trein richting Klagenfurt, Oostenrijk, waar hij zijn opleiding zal volgen. Zijn ouders bellen de burgemeester van Berghem, zelfs de burgemeesters van Ravestein en Oss – misschien kunnen zij de trein tegenhouden en Hendrik eraf halen? Maar het is tevergeefs. Na zijn opleiding belandt Hendrik in 1943 diep in de Kaukasus. Nog één keer komt hij thuis, in juli 1943, met verlof. Opnieuw ruzie. De laatste nacht in Berghem slaapt Hendrik niet bij zijn ouders, maar bij een vriend. Die heeft net een kind gekregen. ‘Als ik terugkom, dan loopt-ie, jouw zoon’, zegt Hendrik, als hij naar het ventje kijkt. Dan stapt hij weer op de trein.

Op 14 augustus 1943 sterft Hendrik aan het Oostfront, aan een hoofdwond: Artillerie Geschoss Kopf, staat op de over­lijdensakte. Zijn moeder hoort het pas zes maanden later. Ze weet zich geen raad met het nieuws. ‘Onze Hendrik is dood. Onze Hendrik is dood.’ Hendriks jongere broer Jan kan het zich nog herinneren. De jongste broer Roelof, geboren in 1942, herinnert zich niets van zijn broer. Over Hendrik wordt niet gesproken – te pijnlijk. Wat er gebeurd is met zijn oudere broer ontdekt Roelof pas decennia later. Dan stapt hij zelf op de trein om te zien waar Hendrik is geweest.

 

Historisch kader Waffen SS

Nederlanders die vochten in het Duitse leger: dat waren er tijdens de Tweede Wereldoorlog ongeveer 22.000. Deze mannen meldden zich vrijwillig voor de Duitse Waffen-SS. Dat was een professionele militaire organisatie, in 1940 ontstaan uit Hitlers lijfwacht: de Schutzstaffel. De Waffen-SS vocht bijvoorbeeld aan het Oostfront: ongeveer 6.000 Nederlanders, onder hen ook veel Brabanders, overleefden dat niet.

Lees hier meer over Nederlanders in de Waffen SS.

FOTO
(Afbeelding: privébezit familie Hoeks, z.j.)

BY TRAIN TOWARDS A BETTER LIFE

Location
Oss Station / Markt 25, ’s-Hertogenbosch

Author
Liesbeth Sparks

Some Dutch people fought in the German army: it’s estimated there were about 22,000 during the Second World War. These Dutchmen reported voluntarily for the German Waffen-SS. The Waffen-SS fought in places including the Eastern Front: about 6000 Dutch soldiers did not survive.

Hendrik Hoeks, 22 years old, lived in the village of Berghem. He was the oldest of nine children and his father was a workman. The family lived on the Kattenhoek in the hamlet of Duurens-eind. Hendrik was known as a go-getter, someone who wanted to get on in the world. So he travelled to Luxembourg with a friend to work hard on a farm. But by 1942 it was not clear to Hendrik what the next step should be. The girl he loved was on the verge of marrying someone else. It was difficult to find work. What should he do with his life?

 

Best suit

In spring 1942 the Waffen-SS was signing up new recruits throughout the Netherlands. Anyone fighting on the Eastern Front, so the stories went, would have the chance after the war to get a farmhouse and a piece of land. Hendrik took this to heart; Germany had achieved a lot in recent years. Who knows, maybe the German army really could offer the chance of a better life. On Wednesday 22 April 1942, a sunny day, Hendrik put on his best suit. His mother noticed it: ‘Where are you going dressed so smartly?’ But Hendrik did not tell his mother. Together with his friend he took the train to ‘s-Hertogenbosch.

Hendrik and his friend reported to Hotel Brabant on Markt 25. There they were both inspected from head to toe and were declared suitable. Hendrik signed up at the end of the inspection. He was signing up for the Waffen-SS, he was going to fight on the Eastern Front. There was no way back. When he got home he told his parents. They were furious, how could their son do such a thing? His younger brother Leo was also furious at Hendrik’s decision.

Argument

But what has been signed remains signed. After a fierce argument Hendrik took the train a couple of weeks later to Klagenfurt in Austria, where he would undergo training. His parents phoned the mayor of Berghem and even the mayors of Ravestein and Oss – maybe they could stop the train and escort Hendrik off it? But it was in vain and after his training Hendrik ended up in the Caucasus in 1943. He went back home just once on leave in July 1943, and again there was an argument. On his last night in Berghem, Hendrik stayed not with his parents but with a friend who had just had a baby. ‘When I get back, your son will be walking’, Hendrik said as he looked at the infant. Then he got back on the train.

 

On 14 August 1943 Hendrik was killed on the Eastern Front after being wounded in the head: the death certificate stated Artillerie Geschoss Kopf (Artillery shot to the head). His mother only heard about it six months later. She could not accept the news. ‘Our Hendrik is dead. Our Hendrik is dead.’ Hendrik’s younger brother Jan can still remember it. The youngest brother Roelof, born in 1942, remembers nothing of his brother. Hendrik’s name was never mentioned – it was too painful. Roelof only discovered what had happened to his older brother many decades later. He then went by train to see where Hendrik had been.

PHOTO

(Image:  Family Hoek private collection, undated)

PARTNERS