MAYDAY MAYDAY ON A DAY IN MAY

Locatie
Breda

Schrijver
Eric Alink

Oorlogen zijn dol zijn op rangtelwoorden. Maar dat ontdek je pas bij de tweede of derde. In november 1918 waren Adrianus Brogtrop en Aurelia Nuyens vooral opgelucht: de Grote Oorlog was voorbij. Of ze in hun sigarenmagazijn-en-rooksalon ‘Aroma’ aan de Markt in Breda feestelijk een bolknak opstaken, is onbekend.

Vanaf 1918 kreeg het echtpaar Brogtrop vier jongens en twee meisjes. Kijk, foto’s uit hun familiealbum: ritjes met de vliegende Hollander (oude skelter – red), schuifdeurentoneel, dansavonden. Ook zoon Frans staat op de foto’s. Al jaren vertelde de badkamerspiegel dat hij mooi was, wat geen meisje in Breda tegensprak. Zijn glamour dankte hij mede aan de Hot Hottentotters, het dixielandkwartet waarin hij zwartgeschminkt basgitaar speelde. In 1938 vertrok hij als beroepsmilitair naar Nederlands-Indië. Een jaar later zag het rangtelwoord zijn kans: in moordend tempo – taal duldt soms geen andere woordkeuze – veroverden de Duitsers Europa. De Tweede Wereldoorlog was begonnen; de Grote Oorlog heette voortaan Eerste Wereldoorlog.

 

Nachtoefening

Op Java raakt Frans verliefd op Miep van Zonneveld, die wonderwel uit Breda komt. Ze trouwen en krijgen in ‘de Oost’ twee kinderen: Hanne en Ad. Maar Frans is geen huismus. Als zevenjarige schreef hij al in een poezie-album dat hij piloot wilde worden. Daad bij woord: in Mississippi kan hij de opleiding tot vliegenier gaan volgen. Op 17 februari 1942 neemt Frans afscheid van zijn gezin. Er is een foto van. Een Vera Lynn-achtig kiekje: elke pixel zingt ‘We’ll Meet Again.’
Begin 1943 heeft hij zijn groot brevet op zak. De Marineluchtvaardienst brengt hem onder bij het Fleet Air Arm 1847 Squadron, dat vlakbij de Noord-Ierse stad Londonderry is gestationeerd. Op 18 mei 1944 stapt sergeant-vlieger Frans in een Grumman F6F Hellcat voor een nachtelijke oefening in formatievliegen. Maar het gaat mis. Zijn toestel botst op een andere Hellcat. Vanaf driehonderd meter hoogte storten beide vliegtuigen in Lough Foyle neer, een zeearm bij Londonderry. Frans en de andere vlieger – zijn Tilburgse kameraad Hendrik de Jager – overleven het niet. Miep en de kinderen? Al kort na het vertrek van Frans zijn ze opgepakt en in een Jappenkamp opgesloten. Miep overleeft de vlek­tyfus en doorstaat pesterijen van de bewakers. Begin 1945 duikt een lijst in haar kamp op. Met twintig namen, waaronder die van Frans. “Allemaal dood”, beweert een Japanner. Miep gelooft het niet. Pas na de bevrijding in augustus 1945 moet ze zelf capituleren. Voor de rauwe werkelijkheid.

 

Film

Sommige familiegeschiedenissen lijken op een film. Tijd voor aftiteling? Nee. Kort na de bevrijding keerde Miep met de kinderen in Breda terug. De jonge weduwe zou niet meer hertrouwen.

Harry, oudste broer van Frans en pater familias, kreeg de voogdij over de hummeltjes. Ad, de jongste broer, trad in de voetsporen van Frans. Als vlieger maakte hij deel uit van de staf van prins Bernhard.

De kinderen van Frans en Miep leven nog. Tot enkele jaren geleden waren ze in de overtuiging dat het lichaam van hun vader nooit geborgen was. Na speurwerk vonden ze zijn graf, op ereveld Mill Hill in Londen.

FOTO