MARY PROTECTS HER CHILDREN

Author
Liesbeth Sparks
Location
Zandfort, Hoogerheide
Theme
Battle 1944

West Brabant was strategically important for the German army, and also for the Allied forces. From Friday afternoon on 6 October 1944 three Canadian battalions advanced towards Woensdrecht, passing right through the village of Hoogerheide. German soldiers sat waiting in foxholes and in the corn fields. A battle ensued which lasted for days. Meanwhile many villagers were trapped like rats, including those in the neighbourhood of Zandfort.

In the autumn of 1944 Marie Musters lived in the Hoogerheide in Zandfort with her nine children. Her husband Sjef de Moor who had transported goods by horse and cart at Woensdrecht airfield had died unexpectedly in 1941, so Marie was now all by herself. She was worried about her children, being so close to Woensdrecht airfield with the imminent danger of air raids. When the older children walked to school she would watch them for ages, said her fourteen year old daughter Nelleke.

Biscuits

On Friday afternoon 6 October 1944 while Marie was boiling potatoes on a stove outside in the yard, the sounds were becoming more threatening. Were they from aircraft? No, the sounds were on the ground. Bullets. Grenades. The oldest sons noticed it first. ‘Mother, turn off the stove!’ There was no alternative, they would have to go into the air raid shelter that had been dug in the garden years before: ‘At first it was a sort of robbers’ den for the younger brothers. Later on it was extended, more straw on top, more earth on top.’ They ran through the garden and into the cellar.

For many days Marie and her nine children spent more time in the air raid shelter than in the house. They weren’t the only ones in search of a safe haven; several neighbours hid with them in just a couple of square metres. Sometimes Marie shared some food, there was a shelf in the shelter full of biscuits. A statue of the Virgin Mary watched over everything. It was an anxious time in the shelter. Nelleke heard everything that flew overhead and attacked, but she couldn’t see anything: ‘We all huddled together in fear.’ The shelter took a direct hit. The impact caused the statue to fall over and hang crookedly on the shelf.

Guns

After the direct hit some German soldiers suddenly appeared at the shelter entrance on Sunday morning 15 October. They were not more than a couple of years older than Nelleke’s oldest brother Giedus who was eighteen. They were carrying guns ‘Raus, schnell’ (Get out, quickly). Marie wanted to go back into the house to pack some belongings but they wouldn’t let her. Get away from here! Marie and her nine children had to leave the house and the shelter with no coat and no possessions. Not a moment too soon: on Monday morning 16 October the Canadians launched a savage attack under the command of Lieutenant Colonel William Denis Whitaker.

 

When the fighting around Woensdrecht and Hoogerheide was over, at the end of October 1944, havoc awaited Marie. The statue of Mary had gone. It had not been able to prevent the house from being completely destroyed. What hadn’t been shot to pieces had been stolen. The family lived with grandfather for eighteen months: ‘We had nothing left.’

PARTNERS

MARIA BESCHERMT HAAR KINDEREN

Schrijver
Liesbeth Sparks
Locatie
Zandfort, Hoogerheide
Thema
Strijd 1944

West-Brabant was strategisch van belang voor het Duitse leger, en dus ook voor de geallieerde troepenmacht. Vanaf vrijdagmiddag 6 oktober 1944 rukten drie Canadese bataljons op bij Woensdrecht, dwars door het dorpje Hoogerheide. Duitse soldaten zaten daar al klaar in schuttersputjes en tussen de korenvelden. Er brak een strijd uit die dagen zou duren. Ondertussen zaten veel dorpelingen, ook in het buurtschap Zandfort, als ratten in de val.

In het najaar van 1944 woont Marie Musters met haar negen kinderen op het Zandfort in Hoogerheide. Haar man Sjef de Moor, die met zijn paard en kar goederen vervoerde op het vliegveld Woensdrecht, is in 1941 onverwacht overleden. Marie staat er nu dus alleen voor. Ze maakt zich zorgen over haar kinderen, zo vlakbij vliegbasis Woensdrecht, het gevaar van luchtaanvallen zo aanwezig. Lopen de oudere kinderen richting school, dan kijkt ze hen lang na, merkt haar dochter Nelleke van veertien.

Ligakoeken

Op vrijdagmiddag 6 oktober 1944 staat Marie buiten aard­appels te koken op een fornuis op het erf, als de geluiden van buiten steeds dreigender worden. Zijn het vliegtuigen? Nee, het zijn geluiden aan de grond. Kogels. Granaten. De oudste zoons hebben het als eerst in de gaten. ‘Moeder, uitdoen die kachel!’ Er zit niets anders op, ze moeten de schuilkelder in. Al jaren geleden in de tuin gegraven: ‘Het was eerst een soort rovershol van de jongere broertjes. Nader­hand is die uitgebreid. Meer stro erop, meer grond erop.’ Ze rennen door de tuin, de kelder in.

Dagenlang zitten Marie en haar negen kinderen meer in de schuilkelder dan in het huis. En zij zijn niet de enigen die er een veilig heenkomen hebben gezocht; ook enkele buren schuilen mee, op een paar vierkante meter. Soms deelt Marie wat te eten uit, er is een schap in de schuilkelder vol liga­koeken. Een Mariabeeldje houdt daarover de wacht. In de kelder is het vaak angstig. Nelleke hoort van alles overvliegen en inslaan. Maar ze kan niets zien: ‘Wij kropen in elkaar van bangigheid.’ Eén voltreffer slaat in tegen de schuilkelder. Door de impact valt het Mariabeeldje: het blijft net – scheef – hangen op het schap.

Geweren

Na die voltreffer, op zondagmorgen 15 oktober, verschijnen er plotseling Duitse soldaten bij de ingang van de schuilkelder. Hooguit een paar jaar ouder dan Nellekes oudste broer Giedus van achttien. Ze dragen geweren voor de borst. ‘Raus, schnell’, klinkt. Marie wil via de schuur nog het huis in lopen om iets te pakken, maar dat mag niet. Weg hier! Zonder jas, zonder spullen moet Marie met haar negen kinderen het huis en de kelder achterlaten. Geen moment te vroeg: Op maandagmorgen 16 oktober begint een bloedige aanval van de Canadezen onder leiding van luitenant-kolonel William Denis Whitaker.

Toen de gevechten rond Woensdrecht en Hoogerheide voorbij waren, eind oktober 1944, wachtte Marie een ravage. Het Mariabeeldje was verdwenen. Het had niet kunnen voorkomen dat haar huis aan het Zandfort volledig was ver­woest. Wat niet kapotgeschoten was, was gestolen. Anderhalf jaar woonde het gezin bij opa: ‘We hadden niks meer.’

 

SAMENWERKENDE PARTNERS